Paleontologen hebben bij Temnodontosaurus - een geslacht van zeeroofdieren uit het juratijdperk - vastgesteld dat niet alle soorten even goed aangepast waren aan het vangen van grote prooien. Dat geeft aan dat deze tijdgenoten elk een eigen ecologische niche innamen en zo concurrentie vermeden. Voor de studie werden onder meer fossielen uit onze collecties gescand en bestudeerd.
Zeereptielen uit het jura vermeden concurrentie, wijzen de tanden uit
Grote zeeroofdieren zijn iconische en tot de verbeelding sprekende dieren van het juratijdperk. Schedels van sommige van deze dieren waren een van de eerste fossielen die werden gevonden, en tweehonderd jaar later geven ze nog steeds geheimen prijs.
De ichthyosaurus Temnodontosaurus is zo'n groot roofzuchtig zeereptiel, bekend van fossielen uit heel West-Europa. Sommige individuen werden enorm (met schedels van bijna twee meter lang) en andere vertonen tanden met duidelijke snijranden, wat tot de veronderstelling leidde dat het een toppredator was. Maar de ecologie van de zeven momenteel erkende Temnodontosaurus-soorten is nooit in detail onderzocht.
Nieuw onderzoek in Journal of Anatomy, uitgevoerd door Rebecca Bennion als onderdeel van haar PhD aan de Universiteit van Luik, werpt nieuw licht op de ecologie van dit raadselachtige zeereptielengeslacht. In deze studie werden exemplaren uit heel West-Europa onderzocht, waaronder enkele uit de collecties van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen. Bennion maakte 3D-scans gecombineerd met gedetailleerde morfologische vergelijkingen en SEM-fotografie (rasterelektronenmicroscopie).
Een waaier van tanden
De onderzoekers stelden voor het eerst gekartelde tanden vast bij ichthyosauriërs. ‘Deze kartelingen worden 'valse kartelingen' genoemd - het zijn geen regelmatige afzonderlijke eenheden langs de snijkant, maar onregelmatige vervormingen van de rand die worden veroorzaakt door richels op de andere oppervlakken van de tandkroon die over de snijkant heen gaan,’ legt Bennion uit. Het onderzoek toonde ook heterodontie aan (een verandering in tandvormmorfologie van de voorkant van de kaak naar de achterkant), wat een aanpassing kan zijn geweest voor het verwerken van grotere prooien.
Het verschil in tandmorfologie en andere schedelaanpassingen bij de verschillende soorten Temnodontosaurus suggereert dat prooien op andere manieren werden gevangen en verwerkt. Niet alle soorten hebben snijkanten (al dan niet gekarteld) en sommige lijken minder goed aangepast aan het vangen van grotere prooien. Aangezien veel van de soorten naast elkaar leefden in de zeeën van het vroege juratijdperk, is dit scala aan aanpassingen bewijs dat deze dieren naast elkaar leefden en andere ecologische niches innamen, en zo concurrentie met elkaar en met andere ichthyosauriërs uit die tijd vermeden.
‘Met nieuwe geavanceerde technologieën zoals 3D-scans en SEM-beeldvorming zijn we in staat om nieuwe informatie te onthullen over hoe deze dieren leefden,’ legt Valentin Fischer van de Universiteit van Luik uit. ‘Onze samenwerking met andere labs in België en in het buitenland stelt ons in staat om veel beter te begrijpen hoe de rol van grote roofdieren in mariene ecosystemen door de tijd heen is veranderd.’
Gebaseerd op een nieuwsartikel van de Universiteit Luik.